Wadlopen is afzien. Urenlang ploeteren met natte schoenen en zand in je sokken. Plonzend en spetterend door kreken en prielen met soms het zeewater klotsend en zuigend tot aan je middel. Dan weer glibberen en glijden over slikken en zompen. Strompelen over oesterbanken. Kijken naar een randje groen wat maar niet dichterbij wil komen.
Wadlopen is afzien van gebaande paden. Van droge voeten. Van schaduwrijke plekjes en bankjes om de honderd meter waar je even uit kunt rusten.
Wadlopen is afzien van een kortere route omdat het weer tegenvalt of omdat je zin hebt in een ijsje. Wadlopen is afzien van alles wat je kent. Overgeleverd zijn aan de elementen. Water dat plotseling op kan komen als je de weg kwijt bent.
En wat krijg je daarvoor terug? De mooiste luchten van heel Nederland. Uitzicht op het land ver weg waar je vandaan kwam en ver weg waar je naar toe moet, vanaf de bodem van de zee. Wadlopen is de meest unieke ervaring die je in ons land kunt opdoen. Na vier dagen spierpijn wegens gebrek aan looptraining kun je me morgen wakker maken en zeggen: kom, we gaan het Wad op. En dan ga ik mee.
Vrijdag de dertiende was de dag. Al een week hield ik met argusogen het weerbericht in de gaten. Elke dag dezelfde voorspelling: zwaarbewolkt, weinig kans op zon, grote kans op regen, stevige wind. Toch stapte ik om half tien welgemoed met Zoonlief in de auto. Na een uur rijden, tussen Apeldoorn en Zwolle brak de lucht en kwamen er blauwe plekken in. Na anderhalf uur rijden miste ik de afslag bij Frieschepalen maar moest tanken bij het eerstvolgende tankstation zodat we onze vergissing snel in de gaten hadden. Wolkenkastelen zeilden langs een blauwe lucht, wel stond er een stevige Groningse bries.
Ruim voor de afgesproken tijd kwamen we in Lauwersoog aan. Niet beter wetende, zette ik de auto in de parkeergarage van de Veerhaven. We moesten echter in de Vissershaven zijn, ernaast. Helemaal achterin lag een blauw bootje op ons te wachten. De andere wadlopers zetten hun auto gewoon langs de haven. Tipje voor de volgende keer want dat scheelt een hoop spanning.
Uiteindelijk bleken we met een man of twintig, inclusief vier gidsen, het Wad op te gaan. Met de boot varen naar Engelsmansplaat en vandaar lopen naar Schiermonnikoog. Een wandeling van ruim drie uur. Een half uur varen over de Waddenzee, alleen golvend water. Hoe kun je hier lopen? Na een poosje leek er toch een droge plek te ontstaan. Daarop lagen twee olievaten. Voor de grap zei ik tegen Zoonlief: kijk, zeehonden.
En ik had gelijk. Precies op de plek waar wij van de boot moesten stappen, gewoon, laddertje af en het water in, lag een zeehond op ons te wachten. Langzaam hobbelde hij een stukje verder en ging daar met belangstelling naar ons liggen kijken.
Een paar laatste instructies van de gids, en daar gingen we. Is dit leuk? Ja, dit is erg leuk. Is het zwaar? Ja, maar heel erg de moeite waard. Elke stap die je zet voelt anders, de bodem is soms hard en soms zak je opeens tot je enkels in de drab. Op de meeste plaatsen staat een centimeter of vijf water. Dat betekent dat je hulp nodig hebt als je wat uit je rugzak wilt pakken of je jas aan of uit doen, want je kunt niets even op de grond leggen.
Na een flinke ploetertocht kwamen we bij de eerste geul. Een gids ging voorop en verdween meteen tot zijn middel in het water. Wij moesten elkaar vasthouden want er stond een behoorlijke stroming. En gek genoeg: het water was warm!
Op het Wad kun je niet rechtuit lopen. Soms hadden we uitzicht op de punt van Schier, dan weer keken we richting het dorp. Maar het eiland kwam niet dichterbij.
Sommige kreken konden we gemakkelijk oversteken, soms moesten we een eindje stroomopwaarts lopen om een goede plek te vinden. Rondom je heen kijkend leek de grond overal hetzelfde: zand, met een laagje water, maar dichterbij komend was het steeds anders. We kwamen zelfs een heuse oesterbank tegen.
Tegen half zes liepen we langs de dijk bij Schiermonnikoog. En we bleven langs de dijk lopen. De uitkijktoren van Kobbeduinen bleef rechts van ons en leek wel mee te zweven. We schoten niet meer op. Moeie voeten, blaren, spierpijn en toen toch eindelijk de kwelder. Vol bloeiende lamsoor, geurende kruiden en modderstroompjes en daarachter, de dijk met schapen. We hadden het gehaald!
Nu nog een klein eindje langs de dijk naar een boerderij waar we ons konden afspoelen en verkleden, dan met de bus naar het dorp en vandaar met dezelfde boot weer terug.
Nu begon er toch een kleine onrust in mij te kriebelen. Want op het kaartje van de parkeergarage stond: gesloten dertig minuten na aankomst van de laatste boot. Oeps, hoe laat zou dat zijn. Volgens een van de gidsen moest ik me daar niets van aantrekken maar even later wist, op het terras van It Aulde Scheepshûs achter een welverdiend witbiertje, een veteraan wadloper te vertellen dat de laatste boot om half zeven vertrekt van Schier. En dat was het dus al lang geweest. Hij mompelde nog wat na en zei toen opeens: het is toch vrijdag vandaag? Nou, dan is de laatste afvaart om half negen.
Pfff pak van mijn hart, want onze bus zou ons om acht uur ‘s avonds naar de haven brengen. Daar aangekomen lag ons blauwe bootje er al, en de veerboot kwam net aan. De laatste die nog terug zou varen. Ik hoopte dat wij eerder zouden vertrekken en dat deden we ook. Door de nog lage waterstand moesten we de verste vaargeul volgen en zou de overtocht bijna een uur kosten. De veerboot moest dat natuurlijk ook. Heel in de verte lag de grote witte kolos nog aan wal. Maar even later bleek hij ons te achtervolgen. En elke keer dat ik keek kwam hij dichterbij. Toen we bij de haven kwamen zwom ons een zeehond tegemoet. En vlak achter ons stoomde de veerboot de haven in. Wow, die kan snel! En wij moesten nog helemaal naar achter in de Vissershaven.
Sorry gidsen, dat ik geen afscheid van jullie heb genomen, maar het aanmeren duurde en duurde maar, omdat een vissersboot op onze plek lag en onze boot daarnaast moest aanleggen. Dan de loopplank nog goedleggen, het hekje open. Ik stond op springen! Als eersten waren wij van boord en beenden met grote passen richting Veerhaven. Af en toe kwam er een vriendelijk toeterende auto langs, onze medewandelaars. Geen lift.
Half tien waren we bij de parkeergarage. Hij stond nog open maar tot mijn grote schrik waren er schuifhekken die dicht konden. En niemand te zien natuurlijk. Zoonlief posteerde zich bij de uitgang, ik betaalde mijn kaartje en rende naar boven. Geen idee waar ik de Donkerrooie vanmorgen had achtergelaten! Eindelijk vond ik haar, racede naar beneden, pikte Zoonlief op en zag recht tegenover me het hokje van de parkeermeester. Daar ging juist het licht uit, een man trok zijn jas aan, drukte op een knop en achter me gingen ratelend de hekken dicht.
Volgend jaar weer? Volgend jaar weer, zeker weten!

Naschrift van de Kroniekschrijvers:
Tekst geschreven en foto’s gemaakt door Ivy. Pas beperkte zich slechts tot de ondertiteling.
14 comments
Skip to comment form
Ik miste jullie al! Prachtige foto’s en een mooi verslag, had zo meegewild. En zo te zien geen regenbuien, onweer en andere toestanden!
AH! Daar zijn we weer dus.
Wadlopen….hmmm….zwaar!
De zeehonden maken een boel goed.
Als je de mazzel hebt ze te zien!
:-)
Mooie bijdrage !
Wat een leuk verslag!
Heeeeeeeeerlijk klinkt het en de foto’s tja, wat moet ik daar nog van zeggen:))
@Morgaine: we doen een beetje rustig aan, tis tenslotte vakantie. Volgende keer mee? Ik ga zo weer als het kan. Echt geweldig en het weer zat enorm mee.
@ScrambleX: zwaar maar de moeite waard. Slechts een dag nauwelijks kunnen lopen, daarna ging het wel weer behalve de enorme blaar. Die zeehonden was echt een bofje, ja. En ook dat we op de terugweg nog eentje zagen. Al vaak op de Waddenzee geweest en altijd alleen maar olievaten gezien (dacht ik, tenminste…)
@Niko: het is daar heel mooi foto’s maken, het was moeilijk kiezen uit de 58 waar ik mee thuis kwam….
(Ivy)
Het lijkt me geweldig, is met sprongen gestegen op mijn verlanglijstje!
Mo, doen! Zoonlief zei slaperig op de terugweg in de auto dat dit het mooiste was wat hij ooit had gedaan.
(Ivy)
Oei, wadlopen een keer gedaan, 30 jaar geleden beslissing nooit meer. Loop nog liever een keer dwars door de hoge venen, was heel zwaar maar veel interresnter. Overigs de waddeneilenden zijn mooi vooral Terschelling en daar verlang ik wel eens naar.
groetjes
Antoinette, Hoge venen is ook heel mooi (daar ben ik 30 jaar geleden geweest…) Maar het Wad is echt geweldig. En er zijn ook veel minder zware tochten! Qua eiland ken ik alleen Texel en Schiermonnikoog. De andere eilanden moeten we ook zeker nog eens bezoeken.
(Ivy)
Wadlopen is geweldig om te doen inderdaad een aanrader.
De foto’s zijn een lust voor het oog
Kjel, welkom op onze site. Dank voor het compliment en Wadlopen… laten we het niet al te hard aanraden, zo’n klein groepje is prima ;-))
(Ivy)
Evy, je foto’s zijn prachtig en wadlopen, voor een keer vond ik het leuk. Maar ik wil natuur zien op een andere manier, planten en dieren engeologie sinds 25 jaar een grote liefde. Vele lange voettochten gemaakt. Maar hoewel ik pas 55 ben moet ik sins ik diabetes heb oppassen dat ik geen ernstige voetblessurens oploop. Dus wadlopen of zo iets dergelijks is er niet meer bij. groetjes
Antoinette: foto’s maken is een hobby van me, en het wad is een dankbare plek.
Ik vind plaatsen met een historie (geologisch) en met veel planten en dieren ook geweldig. Maar het wad is gewoon ‘anders’.
Ondanks beperkingen, toch fijn dat je overige wandelingen nog kunt maken.
Groetjes terug (Ivy)
Stoere tocht! Jullie zullen vast wel moe geweest zijn…mooie reportage…
groet, Bart
Mooi verslag. Maar wil ik nou wel… of wil ik nou niet een keertje… Ik ben er nog steeds niet uit :-)